Waarom Waarom vragen?

Mijn twee zoontjes kunnen enorm veel waarom-vragen stellen. Waarom wordt het donker? Waarom is de maan de ene keer rond en de andere keer half? Waarom is de lucht blauw? Waarom gaan we fietsen? Waarom, waarom, waarom...? Ze zouden hun hele dag kunnen vullen met het stellen van waarom-vragen.

Alhoewel je er soms een beetje genoeg van hebt, van al die waarom-vragen, is uit onderzoek gebleken dat het stellen van waarom-vragen een belangrijke stap is in de ontwikkeling van kinderen. Het is onderdeel van het leerproces wat ze doorlopen. Ze proberen steeds meer grip te krijgen op de wereld om zich heen en doen dit door enorm veel vragen te stellen. Ze ervaren al snel dat het stellen van waarom-vragen veel interessante antwoorden oplevert. En zo'n antwoord roept vaak meteen weer nieuwe vragen op. Mijn kinderen leren dus van het waarom vragen. Maar niet alleen mijn kinderen, ook ikzelf kan soms leren van de waarom-vragen die mijn kinderen stellen. Ze zetten me soms aan het denken. Zo van: "verrek ja, waarom is dat eigenlijk zo?" of "waarom doen we dat eigenlijk zo?".

In de uitvoering van audits voel ik me ook weleens een klein kind met zijn waarom-vragen. Het lijkt soms alsof ik naar de bekende weg vraag. Maar net zoals ik zelf door de vragen van mijn kinderen weleens aan het denken wordt gezet, hoor ik ook in de organisatie regelmatig de antwoorden "dat weet ik eigenlijk niet precies" of "tsja, we doen dat altijd al zo". Het komt dan ook regelmatig voor dat alleen al het stellen van de vragen een verandering in de organisatie teweeg brengt.

Dit heeft mij aan het denken gezet. Stellen we binnen organisaties wel vaak genoeg de waarom-vraag? Stellen we onszelf wel vaak genoeg de waarom-vraag? Of is alles zo vanzelfsprekend dat we dat maar zoveel mogelijk achterwege laten? Zelf denk ik dat dit te weinig gebeurt. Medewerkers stellen veelal te weinig waarom-vragen. Richting collega's, maar ook gaan ze te weinig bij zichzelf te rade wat de reden is voor het uitvoeren van een bepaalde handeling. Procedures en gewoontes zijn ingeslepen en worden ervaren als vanzelfsprekend.

Bij het achterblijven van de waarom-vragen zullen de meeste procedures en werkprocessen zo blijven als ze zijn. Dit zou niet erg zijn, ware het niet dat de omgeving wel veranderd. Verschillende externe ontwikkelingen hebben invloed op de gang van zaken binnen organisaties. Neem bijvoorbeeld het kasverkeer. Er zijn organisaties die voor het beheren van de kasstromen nog evenveel capaciteit inzetten als jaren terug, terwijl met de komst van de pinbetalingen het kasverkeer vaak tot een minimum is beperkt. Het waarom vragen is dus erg belangrijk om processen af te stemmen op nieuwe ontwikkelingen en processen te veranderen en te vernieuwen.

Maar niet alleen voor de doelmatigheid van processen en de doorontwikkeling van de organisatie zijn waarom-vragen van belang. Ook voor het oplossen van problemen is de waarom-vraag essentieel. Ik denk zelfs dat het waarom vragen de enige methode is om problemen echt op te lossen. Waarom vragen in de betekenis van: wat is de oorzaak van dit probleem? Door met het waarom vragen door te gaan kom je uiteindelijk bij de grondoorzaak van een probleem uit. Oorzaken hebben veelal weer andere oorzaken en zo wordt doorgevraagd totdat je bij de grondoorzaak bent. Dan kan een echte oplossing gevonden worden in plaats van alleen met symptoombestrijding bezig te zijn.

Voor het leerproces van een organisatie zijn waarom-vragen dus van essentieel belang. We krijgen meer grip op ontwikkelingen om ons heen en zijn bewuster van het doel en de effecten van ons handelen. Het brengt ons tot oplossingen voor problemen die er spelen. Laten we dus net als die peuters niet schromen te vragen, slinger gerust een aantal waarom-vragen de organisatie in. Goed voor onze persoonlijke ontwikkeling en voor een doelmatige, effectieve en oplossingsgerichte organisatie.

Door Martin Mulder
November 2011

« Terug naar de vorige pagina
Angst basis van hanengedrag
Hanengedrag onder management is geen zeldzaamheid. Denk aan de deelnemers in een MT die de...»

De weldoener en de herberg
Er was eens een weldoener die zoveel mogelijk goed wilde doen voor de mensen. Hij begon na...»